“Ze vraagt me soms: mama, ga ik dood?”
Sama (36) uit Nigeria was voor haar hiv-medicijnen en die van haar dochter Amah (14) afhankelijk van Amerikaanse steun. Maar in januari 2025 viel die van de ene op de andere dag weg.

“Amah werd geboren met hiv. Ze kreeg het van mij. Toen ik haar baarde, was ze al ziek. Zolang er gratis medicijnen waren, bleef er hoop.
Nu is dat gestopt. Laatst kreeg ik bij het ziekenhuis nummer 312. Dat betekende dat er 311 mensen vóór mij waren. Ik heb zeven uur gewacht. Alles om gratis medicijnen te bemachtigen. Maar nu zijn ze op en moet ik ervoor gaan betalen. Dat geld heb ik niet.
![]()
Als ik het opgeef, wie houdt haar dan vast?
Amah is veertien. Ze is zo stil geworden. Ze zegt dat ze zich anders voelt dan haar leeftijdsgenoten, alsof ze er niet bij hoort. Ze wil niet naar school. Ik zie de angst in haar ogen. Ze zegt het niet vaak hardop, maar als het donker wordt, als het stil is in huis, dan komt die ene vraag: ‘Mama… ga ik dood?’
Wat moet ik dan zeggen? Ik zeg dat het goedkomt, dat ze moet blijven geloven. Ik hou haar vast, streel haar haren. Maar diep vanbinnen breek ik. Ik weet het antwoord niet. Ik weet niet of ik morgen medicijnen kan kopen, of zij een kans heeft op een toekomst. Ik moet sterk blijven. Want als ik het opgeef, wie houdt haar dan vast?”