“In Uzbekistan hebben ze verborgen camera’s in aidscentra”

Op zijn 25e ontdekte de Oekraïense Yuri dat hij hiv had. Het werd het begin van zijn reis om andere mensen met hiv uit de lhbtiq+-gemeenschap te helpen. Vooral in Oost-Europa en Centraal-Azië, waar homofobie levensreddende hiv-zorg in de weg zit.

Fotografie: Kadri Kõusaar

“Toen de arts me vertelde dat ik hiv had, barstte ik in tranen uit. Ik kon het niet geloven. Ik dacht dat ik dood zou gaan. Ik wist toen nog heel weinig over hiv. Het was de dag nadat ik mijn 25e verjaardag had gevierd toen het aidscentrum me belde en vroeg langs te komen voor mijn testuitslag. Ik had meteen al een naar voorgevoel.

Bij het aidscentrum werd ik meteen doorverwezen naar een psycholoog. We hadden het over hoe je hiv kon oplopen en ik vertelde dat ik homoseksueel ben. Dat werd mijn geluk. Mijn psycholoog vertelde me over een lokale lhbtiq+-organisatie. Daar kwam ik in contact met andere mensen zoals ik. Dat heeft enorm veel betekend voor mijn acceptatie. En ik leerde dat hiv met de juiste behandeling niet meer een doodstraf was.

Niet vanzelfsprekend

Ik besloot dat ik alles uit het leven wilde halen. En ik wilde van betekenis zijn. Dus ik ging werken als maatschappelijk werker voor een lokale lhbtiq+-organisatie om te voorkomen dat andere mensen in dezelfde situatie zouden komen als ik. Inmiddels woon ik in Talinn, Estland en zet ik me als mensenrechtenactivist met hart en ziel in voor lhbtiq+-ers in Oost-Europa en Centraal-Azië.

Goede hiv-zorg is verre van vanzelfsprekend voor lhbtiq+-ers in deze regio. Vooral in landen als Uzbekistan, waar homoseksualiteit strafbaar is. Lhbtiq+ personen leven continu in angst voor discriminatie, geweld en gevangenisstraf. Het laten testen op hiv is voor hen gevaarlijk. Ze hebben zelfs verborgen camera’s in aidscentra. Kun je je dat voorstellen? En als je, net als ik destijds, met je arts bespreekt hoe je hiv hebt opgelopen, dan zijn de gevolgen niet te overzien.

Gemarteld door de ‘aidsafdeling’

Ik hoor verhalen die door merg en been gaan. Zoals laatst van een jonge homoman met hiv. Op een dag deden mensen van de zogenaamde ‘aidsafdeling’ van de politie een inval in zijn appartement. Hij was er op dat moment met zijn vriend. Ze werden zonder kleding met handboeien op de badkamervloer gesmeten. Daar werden ze volledig mishandeld en vernederd. Het hele huis werd overhoop gehaald. Geld werd meegenomen, dat zouden ze voorlopig toch niet nodig hebben.

Bij het politiebureau moesten ze onder dwang toegeven dat ze homoseksueel waren en dat ze hiv hadden. Het was echt afschuwelijk. De politie zei dat ze hen zouden laten wegrotten in de kelder als ze niet zouden toegeven. Ze werden in een koude cel gegooid. Zonder eten, zonder drinken. Zonder medicijnen.

Geen hiv-remmers

Na een rechtszaak moesten ze verplicht een medisch onderzoek ondergaan om te bewijzen dat ze homoseksueel waren. Wij zouden zo’n onderzoek hier in het westen omschrijven als een marteling. Maar in Oezbekistan gebeurt dit aan de lopende band. Gruwelijk. De man en zijn vriend werden veroordeeld onder artikel 120 uit de wet, die vrijwillige seks tussen twee mannen verbiedt.

In het detentiecentrum kregen ze de ene week wel hiv-remmers, en dan weer niet. Soms zaten er zelfs langere periodes tussen. Dit is echt levensbedreigend als je hiv hebt. Je moet hiv-remmers iedere dag op een vast tijdstip innemen. Doe je dat niet, dan vermindert je afweer en kun je aids ontwikkelen. En dan kom je op een moment dat je niet meer behandeld kunt worden.

Strijdbaar

Dit is slechts één van de vele verhalen die ik ken uit Uzbekistan. Het laat zien waarom de strijd voor lhbtiq+-rechten en toegang tot hiv-zorg door moet gaan. Het bevestigt waarom ik doe wat ik doe. Ik doe er alles aan om hier aandacht voor te vragen. Ik weet dat verandering mogelijk is als we samenwerken. Over landsgrenzen heen. We hebben een regionaal netwerk dat reikt over heel Oost-Europa en Centraal Azië en steunen initiatieven vanuit de lhbtiq+-gemeenschap. We versterken hun stem en zorgen ervoor dat ze de juiste middelen hebben om te lobbyen voor wat ze nodig hebben.

Ik droom van de dag dat homoseksualiteit in Uzbekistan niet langer strafbaar is. En dat iedereen gelijke toegang heeft tot hiv-zorg. Mijn eigen hiv heeft me een bepaalde vastberadenheid gegeven. Ik voel dat ik dit moet doen.

Waar wachten we nog op?

Aids is op te lossen. We kunnen de epidemie oplossen als we niemand uitsluiten van levensreddende hiv-zorg. Help je mee?

 

ja, ik help mee

Aidsfonds gebruikt cookies om de website goed te laten functioneren, webverkeer (geanonimiseerd) te analyseren, socialmedia-filmpjes en -posts te tonen en gericht te kunnen adverteren. Je geeft toestemming voor deze cookies door op accepteren te klikken. Ben je niet akkoord, wijzig dan je voorkeuren. Meer informatie